Column 21 - Kleine
steentjes
Ze staat
stil halverwege een zijstraat, gekromd over haar rollator. Ik zie haar vanuit
mijn ooghoeken staan en ben onderweg naar huis. Een belletje rinkelt in mijn
hoofd; hier klopt iets niet. Ik loop terug en ga de zijstraat in. Daar staat ze
nog steeds, haar knokkels wit van verkramping en haar gezicht rood van de
inspanning. “Kan je me helpen?” vraagt ze zachtjes.
Ik bekijk de
situatie. Haar rollator is oud en versleten. Aan de handvatten hangen tassen
met boodschappen en spulletjes. Het lukt haar niet om nog één stap te
verzetten. Ze kan niet meer voor- of achteruit. Ze staat al zeker een half uur
zo vertelt ze, en niemand heeft haar gezien. Het is nog maar 100 meter naar
haar voordeur, maar deze kleine afstand had net zo goed de Mont Ventoux kunnen
zijn. Het is een berg die ze niet kan nemen en die ze niet meer overziet.
Ik neem de
tassen van haar over en moedig haar aan om een klein stapje te zetten. En dat
lukt met 10 centimeter per keer. Voetje voor voetje schuifelen we de stoep
over. En zo naast haar ervaar ik letterlijk haar probleem. Naast haar fysieke
beperking, vermoeidheid en leeftijd ligt er een stevig parcours klaar. Die kleine
honderd meter bestaat uit schuine stoepen, losliggende tegels en een drukke
oversteekplaats. De rollator moet tegengehouden, opgetild en geduwd worden. Op
de oversteekplaats houd ik het overige verkeer tegen. Mensen schieten
ongeduldig aan alle kanten voorbij. Ik kom bijna handen en ogen te kort om deze
beproeving te doorstaan.
Het lijkt alsof
haast en ongeduld zich langzaam omvormen tot ongevoeligheid naar andere mensen.
De gebaren, gezichtsuitdrukkingen en de onvrede verbazen me. Is onze beschaving
werkelijk afhankelijk geworden van de tijd die je op een ander moet wachten?
Na een klein
uur help ik haar het huis in en zet haar in een stoel. Haar haren zijn nat van
het zweet en ze trilt van de inspanning. Maar we hebben het gehaald! Ik pak de
boodschappen uit en schenk een flink glas water voor haar in. Ze bedankt me
liefdevol en is blij dat ze zit.
Later thuis
overdenk ik de situatie nog eens. Wat heeft deze dame aan de mooie woorden
vanuit de inclusieve samenleving dat iedereen mee moet kunnen doen? Voor haar
is de buitenwereld bijna niet toegankelijk en een uitputtende opgave op zich. Zijn
de gemeentes, winkeliers en andere organisaties zich wel bewust dat mensen soms
klunen door hun eigen straten? En weten al die ongeduldige mensen dat ze iemand
opjagen en bang maken?
Ik denk dat
het voor een deel onwetendheid of desinteresse is. Want als je veel met jezelf
bezig bent, dan zie je een ander zeker niet. Een participatiesamenleving
betekent dat we samen leven, meedoen en ruimte geven. Een fijne leefomgeving
hangt niet alleen af van instanties, maar vooral van de mensen die daarin
wonen. Laten we wat meer tijd nemen om hieraan een klein positief steentje bij
te dragen. Zomaar even stoppen en snappen dat je voor iemand een verschil kan
maken. Het effect van een glimlach gloeit langer na dan een woedende blik. Wellicht
helpt het om een keer de omgeving met een rollator, scootmobiel of rolstoel te
verkennen. Ik verzeker je dat er een bijzondere wereld voor je opengaat en dat
je niet struike.lt over de bergen, maar stilstaat bij de kleine steentjes op je
pad.
Like mijn
pagina om te volgen: www.facebook.com/columnmargreet. Delen is prima
Geen opmerkingen:
Een reactie posten